KOMKOMMERTIID VOOR VERGELDING
.
Oké, ik ben zwaar in overtreding want sinds ik mijn blogje heb en linkjes van een nieuwe post naar mijn moeder stuur, is de vaste reactie “Leuk hoor, als je mij er maar buiten laat” … Maar gisteravond, met: “ik kin je net” beleefde ik een van de korte momenten uit haar lange leven.
Terwijl ik met deze overtreding een stevige reprimande (64) riskeer, vraag ik mij serieus af: is dit nou mijn verhaal, of het verhaal van mijn moeder ……
Enfin: it better be good!
Het is ruim vijftig jaar geleden dat een bepaalde man interesse kreeg voor mijn moeder. Zij, een charmante weduwe met een eigen winkel en twee winkeldochters waarvan ik er een was, was beslist de moeite waard om een beetje je best voor te doen. Ik zal de echte naam van de hevig geïnteresseerde man niet noemen, dus we noemen hem hier maar Joep. Geen moeite was teveel voor Joep om credits te scoren bij mijn moeder en toen de relatie zich enigszins ontwikkelde mocht hij van mijn moeder op een zondag met haar mee naar Friesland om daar haar oude ooms en tantes en nichten en neven te bezoeken. Joep sprong een gat in de lucht voor deze eer, want hij beschouwde dat ten eerste als een stap in de goede richting, maar ook mocht hij dan rijden in onze nieuwe blitse Fort Cortina. Een rode met een zwart dak (MP-12-47). Ja ja ..
De Friese familie was per briefkaart op de hoogte gebracht van hun komst, dus geen verrassing dat er opeens ook nog ene Joep op de stoep zou staan.
Om wat extra bonuspunten te verdienen had Joep bedacht dat het wel een goede indruk zou maken als hij zelf ook nog een oude tante in Friesland uit de hoge hoed kon toveren. Tenslotte kwam zijn vader ook uit Friesland en er moest toch nog ergens een tante zijn? Hij had de dag ervoor zijn broer gebeld en de kwestie uitgelegd. Omdat de familie ook graag wilde dat Joep extra bonuspunten zou verdienen werd de naam en het adres van de lang vergeten tante in Friesland in een vergeeld adresboekje gevonden. Alleen een adres, geen telefoonnummer natuurlijk. En terwijl Joep en mijn moeder richting afsluitdijk tuffen stelt Joep nonchalant voor: “Zeg, als we tijd hebben, kunnen we ook nog wel even bij mijn tante aangaan”. Natuurlijk heeft mijn moeder “natuurlijk” gezegd, maar of dat van harte was durf ik te betwijfelen.
Hoe dan ook, na uren van het nuttigen van koffie, thee en sûkerbôle, oude foto’s bekijken en nòg oudere anekdotes aanhoren, namen ze afscheid van onze familie en gingen op zoek naar de tante van Joep. Het was al in de namiddag en de zon stond al wat laag toen ze eindelijk het huisje hadden gevonden van de lang vergeten tante. Blij van zin hielp Joep mijn moeder uit de auto en opgetogen liep hij naar de voordeur. Nu kon hij ook even pronken met zijn “Friese roots” en wat zal tante blij zijn als ze hem zou zien! Mijn moeder, mooi zondags aangekleed, hoed, handschoenen, handtas aan de arm, stelde zich afwachtend en bescheiden op. Joep belde aan en wachtte. Dat duurde best lang. Nog maar eens bellen. En na een hele poos wachten en gestommel aan de andere kant van de deur, ging die eindelijk open. Nou ja, open …. Op een kier van tien centimeter ongeveer en door die kier loerde de tante van Joep. Ja? Was het enige dat ze zei. Nou en daar ging Joep los: “hallo tante, ik ben het, Joep. U weet wel van Klaas!” Vol verwachting tot de deur verder zou opengaan ging hij verder: “Klaas, uw broer weet u wel? Ik ben Joep de zoon van Klaas! De deur bleef op tien centimeter en de tante kraste door de kier: “ik kinne yo net”! Wat zegt u, tante? Vroeg Joep half in paniek, want hij begreep de mededeling niet. Hij keek even, zenuwachtig lachend, achterom naar mijn moeder, om haar te laten weten dat dit kleine voorvalletje van ongastvrijheid maar op een heel kort misverstandje zou berusten. “Ik kinne yo net” riep de tante nu wat luider, niet bereid om dit kleine zinnetje in het Nederlands uit te spreken. Om zijn geloofwaardigheid te vergroten begon Joep, al aardig wanhopig, wat namen van andere familieleden op te noemen, maar tante gaf geen krimp en deur bleef op tien centimeter. Tante had het al gezien. En vlak voordat ze de deur definitief sloot en gesloten hield zei ze het voor de derde keer: “IK KINNE YO NET!”
De rol van Joep was hierna zo ongeveer uitgespeeld en niemand die het erg vond:)
Zo, dit ging over mijn moeder, nu kom ik ten tonele”
Gisteravond ben ik bij ons in het dorp naar een uitvoering van onze plaatselijke toneelvereniging geweest. KOMKOMMERTIID! En omdat ik in Balk Friesland woon, houdt dat in dat het stuk In het Fries werd opgevoerd. Geen probleem voor mij, want ik heb mijn diploma “Frysk foar net Frysktaligen, ik woon hier al bijna 25 jaar, ben compleet ingeburgerd en na gisteravond de heerlijke bevestiging dat ik ook niet meer zomaar een toeristische voorbijganger ben.
Ik vond een plaatsje in de zaal op de tweede rij en naast mij zat een man. Naast hem zat een jonge dame en daarnaast zat zijn vrouw. De tien minuten die ik nog had voordat de voorstelling begon kon ik daarom mooi gebruiken voor de kennismaking met mijn buurman met een uitvoerig interview. Dus om acht uur wist ik hoe hij heette, dat hij 82 was, waar hij woonde, dat zijn kleindochter een rol had in het stuk, dat hij en zijn vrouw volgende week zestig jaar getrouwd zijn (DV), waar één van zijn vier zoons werkte en dat hij ook nog twee dochters had.
Zeldenrust was zijn naam. Nou, dat vond ik dus niet zo verbazingwekkend (!)
Ondertussen had hij ook van mij wat willen weten. Hoe mijn man heette vroeg hij (?) en waar ik woonde en waar ik werkte. Ik gaf braaf antwoord, maar toen ik bij “pensioen” kwam doofden de lichten en begon het stuk.
KOMKOMMERTIID
Een heerlijke slappe voorspelbare klucht, vol met misverstanden en deuren die open en dichtgaan en sleutelgaten waar door wordt geloerd. De hoofdrol werd o.a. gespeeld door de man die mij doorgaans ‘s maandagavonds een lekkere whiskey inschenkt op de bridgeclub. Leuke nuchtere knul, maar in het stuk is hij opeens een Rod Steward lookalike en een overspelige jokkebrok. Het leven zit vol verrassingen.
In de pauze liet ik mijn buren even alleen en ging een biertje halen in de foyer. Overal werd druk gepraat en gelachen en na nog een biertje ging iedereen weer langzaam naar zijn plaats terug voor het tweede bedrijf.
Hé, er was iets veranderd zag ik. Mijn buurman zat nog steeds op dezelfde stoel, maar zijn vrouw was een plaatsje opgeschoven. Vastbesloten om het vraaggesprek dat ik met haar man was begonnen, even grondig voort te zetten en af te maken. En wáár woonde ik dan nu? En hoe heette mijn man? En gepensioneerd? Hoe oud was ik dan en waar had ik dan gewerkt? Oooh, Nuon. Ja ja, dat kennen we wel. Het gesprek ging in half Nederlands, half Fries en het was helemaal niet onplezierig hoor. Maar vlak voordat de lichten voor de tweede keer uitgingen, keek mevrouw nog even goed naar mij. Ze had het gezien. Terwijl zij zich al half van mij wegdraaide zei ze een beetje spijtig: “ik kinne yo net”. Einde interesse.
En hoewel ik eigenlijk iets aardigs had moeten zeggen zoals: “maar nu toch wel” kon ik alleen maar pissig zeggen wat mijn moeder al die jaren geleden door de deur van die tante had moeten schreeuwen, ik zei: “no, ik kinne yo ek net”.
Zo, tijd voor het tweede deel van de voorstelling en de tombola!